Omdat veel mensen nu tijdens de zomervakantie in Nederland blijven, rees bij het Entoen team de vraag hoe kampeerden we eigenlijk vroeger? We zijn het web opgedoken en vonden wat leuke verhalen over hoe het er vroeger aan toe ging.

Kamperen

Het verhaal gaat als volgt:
Kamperen is als recreatieve activiteit eind negentiende eeuw ontstaan in Engeland. Welgestelde lieden die fietstochten maakten overnachten soms in bij hotels opgeslagen tenten. In 1906 werd in Groot-Brittannië die eerste camping club opgericht. Op initiatief van Carl Denig gebeurde dat in 1912 in Nederland met de oprichting van de Nederlandse Toeristen Kampeer Club. Het eerste officiële kampeerterrein werd in 1924 geopend in Vierhouten. Tot dan toe was kamperen vooral een elitaire ‘sport’. Daar kwam in de jaren dertig van de twintigste eeuw verandering in toen de activiteit ook populariteit verwierf onder de ‘gewone man’. De grote doorbraak kwam echter na de Tweede Wereldoorlog, dankzij meer vrije tijd, gestegen welvaart en een grotere mobiliteit.

Kamperen in Bakkum toen het nog gratis was

Camping Bakkum bestaat al sinds 1914. Dit was in de begin jaren vooral de plek voor Zaandammers en Amsterdammers die weinig te besteden hadden. Om een plek te bemachtigen tijdens het zomerseizoen moest je wel even alert zijn, sommige sliepen al de avond ervoor in het fietsenhok.

Wanneer het seizoen geopend werd dan renden iedereen als gekken door elkaar voor de beste plek. Er werd geklaverjast en bingo gespeeld. En vol was vol, in die tijd werd er ook nog niet betaald voor een plek, tot eind jaren negentig hoefde er niets verdiend te worden, want Bakkum was een sociaal kampeerterrein. Nu is het meer een Yuppen camping geworden, men zoekt de rust met de kinderen op in de natuur. Waar de yuppen de rosé opentrekken en aan yoga doen, zijn er ook nog de echte Jordanezen die zich vermaken met klaverjassen en bingo.

Kamperen een sport 

Kamperen werd vroeger gezien als een sport en tot 1935 mocht je wildkamperen. Zo naaiden kampeerders vroeger hun eigen tent en rugzak. Een echte kampeerder stookte zijn eigen vuur en haalde water bij de pomp een halve kilometer verderop. En uitslapen was er niet bij. Op sommige campings ging de ochtendgong al om 6.30 uur. Om de vaardigheden onder de knie te krijgen, kon je in de jaren vijftig en zestig op kampeercursus. Daar werd je ook meteen geleerd hoe je je moest gedragen. Want in een campingoutfit mocht je het dorp niet in.

De Caravan populair

De caravan won aan populariteit onder de ‘upper class’ van de Britse samenleving. Aan het begin van de twintigste eeuw werden er caravanclubs opgericht en in de jaren dertig werd de caravan ook beschikbaar voor de middenklasse. Ze kregen een gestroomlijnd uiterlijk en werden comfortabele reiswagens. Ze werden getrokken door auto’s in plaats van paarden en sommige caravans kregen maar één as, waardoor ze makkelijker te trekken waren.